Ik hou erg van het hoge Noorden en ik ben dol op hun eten. Als ik bijvoorbeeld aan Zweden denk, zie ik zalm met room en dille voor me, de lekkere broden of vleeswaar van rendier. Ondanks het gebruik van flink wat room doen de gerechten vaak toch licht aan. Dat is natuurlijk vaak niet zo, en deze Kanelbullar, of kaneelbroodjes, zijn dat ook niet. Maar toch... Ze doen direct zo Zweeds aan vanwege de kardemom.
Kanelbullar
Voor ongeveer 10 kleine broodjes
Deeg
1 zakje gedroogde gist
40 gr roomboter op kamertemperatuur
1,5 dl melk, op kamertemperatuur
40 gr suiker
4 dl witte bloem (ongeveer 275 gr)
beetje zout en een ½ tl gemalen kardemom
Vulling
50 gr boter of margarine
1 volle theelepel gemalen kaneel
40 gr suiker
1,5 dl melk, op kamertemperatuur
40 gr suiker
4 dl witte bloem (ongeveer 275 gr)
beetje zout en een ½ tl gemalen kardemom
Vulling
50 gr boter of margarine
1 volle theelepel gemalen kaneel
40 gr suiker
Afwerking
1 ei
Ev parelsuiker
Verwarm de melk een beetje. Voeg de boter en de gist toe aan de melk en laat dit een paar minuten staan. Voeg daarna dit mengsel toe aan de bloem. Samen met de suiker, kardemom en het zout samenkneden tot een soepel deeg. Laat dit 30 minuten rijzen onder een theedoek.
Maak ondertussen de vulling door de ingrediƫnten samen te mengen.
Rol het deeg uit tot een rechthoekige lap tot een ruime centimeter dikte. Smeer de vulling erover uit en rol de lap niet te stevig op. Snijd het in sneetjes van 2 cm breed en leg ze op bakpapier op een bakplaat. Laat dit nog eens 30 minuten rijzen op een warme plek.
Kwast er dan nog wat losgeklopt ei en parelsuiker overheen. (mijn supermarkt had dit niet, dus op de foto ontbreekt die!)
Bak de ‘bullar’ midden in de oven op 220°C, ca 10 min. Laat ze eventueel afkoelen onder een theedoek.
Oordeel van de kleine chef: wegens zijn bezoek aan het kinderdagverblijf heeft de kleine chef ze niet kunnen proeven en toen waren ze opeens op...